Grenzen aan aftrekbaarheid rente eigen woning
In de huidige overspannen woningmarkt is het zeker voor starters buitengewoon lastig om een reguliere hypothecaire lening af te sluiten. Als de aspirant koper het geluk heeft dat er geld geleend kan worden van bijvoorbeeld de eigen ouders, dan kan vaak toch nog dat felbegeerde huis gekocht worden. Wil de rente voor een starter fiscaal aftrekbaar zijn, dan moet de lening in elk geval in maximaal 30 jaar geheel afgelost worden, lineair of via annuïteiten.
Als er geen sprake is van een schenking, dan zullen de ouders aan het kind rente in rekening moeten brengen. Uiteraard moet de leningovereenkomst schriftelijk vastgelegd worden en is het verstandig om het kind hypothecaire zekerheid te laten stellen. Als de rente bij het kind fiscaal aftrekbaar is lijkt het interessant om als ouders een zo hoog mogelijke rente te rekenen. Vervolgens trekt het kind de rente af van de belasting en schenken de ouders een deel van de ontvangen rente weer terug aan het kind. Hierdoor ontstaat feitelijk een deels door de fiscus gefinancierde schenking. Om begrijpelijke redenen vind de fiscus dit niet leuk en stelt grenzen aan de hoogte van de door het kind te betalen rente.
Recent heeft de rechter zich gebogen over een zaak waarin het kind 9% rente betaalde over de door ouders verstrekte, ongedekte eigen woningfinanciering. In geschil is of de betaalde en overeengekomen rente van 9% volledig aftrekbaar is als rente van schulden behorend tot de eigenwoningschuld.
Volgens de belastinginspecteur was bij het sluiten van de overeenkomst een geldlening met hypothecaire zekerheden een rentevaste periode van 15 jaar een rente van 3% gebruikelijk. De rechtbank volgt de inspecteur daarin. Het ontbreken van zekerheid rechtvaardigt volgens de rechter zonder meer een hoger rentepercentage dan 3 (in dit geval 4,5%), maar een rentepercentage van 9 werd door de rechter te hoog en onzakelijk geacht.
Verder speelde hier dat de zoon geen zekerheid wilde verlenen om vermogen vrij te houden om te kunnen beleggen en dat de ouders, met het oog op meer inkomen na pensionering, de voorkeur gaven aan een hoge rentevoet in plaats van zekerheidsstelling. Volgens de rechter is er dan ook sprake van een ‘familielening’ in plaats van een eigenwoninglening.
Tegen het oordeel van de rechter is door de familie hoger beroep ingesteld waarvan de uitspraak nog niet bekend is. U begrijpt dat niemand zit te wachten op het voeren van procedures tegen de Belastingdienst. Loopt u met het idee rond om uw kind te helpen met een lening voor aankoop van een woning, maak dan vooraf een afspraak met ons kantoor. Wij zijn op de hoogte van alle (fiscale) regels rond de eigen woning en kunnen u optimaal adviseren en de nodige documenten voor u opstellen.